verkleden
verkleden - Werkwoord 1. (refl) zich ~ andere kleren aandoen 2. zich vermommen door andere kleren aan te trekken Woordherkomst afgeleid van kleden met het voorvoegsel ver-
Wiktionary (2019)
verkleden - Werkwoord 1. (refl) zich ~ andere kleren aandoen 2. zich vermommen door andere kleren aan te trekken Woordherkomst afgeleid van kleden met het voorvoegsel ver-
Muiswerk Educatief (2017)
verkleden - regelmatig werkwoord uitspraak: ver-kle-den 1. andere kleren aantrekken ♢ verkleed jij je nog voor dat feest? 2. voor de lol leuke gekke kleren aantrekken ♢ hij had zich verkleed als...
Fa. A.J. Osinga (1952)
v.; zich —, jin forklaeije, -strûpe, -strike, -hûdzje, -himmelje, -skile, jin omklaeije, -strûpe.
Van Dale Uitgevers (1950)
(verkleedde, heeft verkleed), 1. anders kleden; meest wederk., andere kleren aandoen: ik moet mij voor de partij nog verkleden ; 2. door het aandoen van andere dan de bij zijn persoon passende kleren het uiterlijk geven van de in een bep. genoemde categorie : kostumeren, vermommen: hij was als vrouw verkleed: ook abs.: zij waren,...
M. J. Koenen's (1937)
verkleedde, h. verkleed (anders kleden): een kind verkleden; refl. zich verkleden (1 zich anders kleden; 2 zich [met carnaval] vermommen): 1 ik moet mij wat verkleden; 2 zich verkleden in een domino.
Jozef Verschueren (1930)
(verkleedde, heeft verkleed) 1. anders kleden. 2. zich -, zich vermommen: zich op karnaval -. 3. aan kleren uitgeven: al zijn geld -.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: