Wat is de betekenis van vergissen?

2024-04-24
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

vergissen

vergissen - Werkwoord 1. (refl) zich ~: tot een foutieve conclusie komen, meestal te goeder trouw Hij vergiste zich in het huisnummer en klopte aan bij een wildvreemde. Woordherkomst Afgeleid van gissen met het voorvoegsel ver-.

2024-04-24
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

vergissen

vergissen - regelmatig werkwoord uitspraak: ver-gis-sen 1. per ongeluk verkeerd doen of zeggen ♢ ik vergis me: het is niet dinsdag, maar woensdag 1. ik heb me in hem vergist [ik had een verkeerde i...

2024-04-24
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Vergissen

v.; zich, jin forsinne; zich in iemand —, jin op immen forsjen; zich in iemand(wanneer men meent met iem. te kunnen doen wat men wil), de forkearde foar hawwe; zichbij het schrijven, rekenen, jin forskriuwe, -rekkenje; zich ergens in —, earne mei forbjuste...

2024-04-24
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Vergissen

(vergiste, heeft vergist), 1. (veroud.) zijn tij vergissen, zijn tij niet wel berekenen, (fig.) zijn kans verzuimen, zijn slag niet wel waarnemen ; 2. zich vergissen, dwalen, het mis hebben, een misslag begaan : zich bij het spreken vergissen; ik heb mij vergist, het is 67, niet 69 ; vergis je niet, kijk goed uit; zi...

2024-04-24
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

vergissen

(vər'gissən) (vergiste, heeft vergist) 1. Eert. misrekenen. → tij. 2. z i c h -, het mis hebben, dwalen: hier vergis je je; zich bij het rekenen -; zich in iemand -, een verkeerde dunk van hem hebben; zich in de persoon -, menen met een ander persoon te doen te hebben.

2024-04-24
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-24
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

VERGISSEN

VERGISSEN - (vergiste, heeft vergist), (veroud.) zijn tij vergissen, zijn tij niet wel berekenen, (fig.) zijn kans verzuimen, zijn slag niet wel waarnemen ; — zich vergissen, dwalen, het mis hebben: zich in den persoon vergissen, meenen met een ander te doen te hebben, personen verwarren; zich in iemand vergissen, een verkeerden dunk van iem....

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-24
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)