Wat is de betekenis van verdraaid?

2025-01-23
Woordenboek Nederlands - Marokkaans Arabisch

Jan Hoogland, Roel Otten | AUP Amsterdam Univerisity Press

2025-01-23
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2025-01-23
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

verdraaid

verdraaid - Werkwoord 1. voltooid deelwoord van verdraaien verdraaid - Tussenwerpsel 1. (krachtterm) uitroep van verbazing en ergernis Verdraaid! Dat zal toch niet waar zijn! verdraaid - Bijvoeglijk naamwoord 1. (krachtterm) uitdrukking van afkeer, ergernis, s...

2025-01-23
Vloeken lexicon

Prof. dr. P.G.J. van Sterkenburg (1997)

verdraaid

Dit deelwoord fungeert als een eufemistische bastaardvloek voor verdomd, en natuurlijk als tussenwerpsel. Het woord wordt gebruikt om uiting te geven aan dezelfde emoties als verdomd en wordt vaak voorafgegaan door wel.

2025-01-23
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

verdraaid

Van pers.: niet goed wijs, dwaas, gek; - soms ook: door drank beneveld, beschonken, dronken. - Zie ook de dialectwdb., o.a. C., L.-C., R., S., T.B. en TEIRLINCK.

2025-01-23
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Verdraaid

I. bn. bw., 1. door draaien bedorven: een verdraaide schroef, lam, dol; 2. door draaien van zijn plaats of uit zijn fatsoen gebracht: je ceintuur is hélemaal verdraaid; — misvormd: van leden verdraaid genoeg, om voor een schildpad door te gaan; — (fig.) een verkeerd en verdraaid geslacht (Deut. 32 : 5...

2025-01-23
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

verdraaid

1 bn. (eig. verkeerd gedraaid; wanschapen); 2 bw.: het is verdraaid aardig, zeer; 3 tw. enz.: wel verdraaid!

2025-01-23
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

verdraaid

(vər'dra:it) 1. bn. en bw. verkeerd ge-.REST VAN HET LEMMA VERDEROP NA VS

Wil je toegang tot alle 11 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-01-23
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Verdraaid

bn. en bw., door draaien van zijn plaats of uit zijn fatsoen gebracht: je ceintuur is helemaal verdraaid; half verdraaid zijn, niet goed wijs zijn; verzachting van verdoemd: die verdraaide jongens; bw., zeer, in hoge mate: het is verdraaid lastig; tw., verzachting van verdomd: wel verdraaid!