Wat is de betekenis van verbaas?

2024-03-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

verbaas

verbaas - Werkwoord 1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verbazen ♢ Ik verbaas 2. gebiedende wijs van verbazen verbaas! 3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verbazen verbaas je?

2024-03-28
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

verbaas

verwonder; verwonder(d); verstom.