Wat is de betekenis van verachten?

2024-03-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

verachten

verachten - Werkwoord 1. (ov) in hoge mate minachten Ik veracht hem door hetgeen dat hij me in het verleden heeft aangedaan. 2. (ov) trotseren In de oorlog verachtte hij de dood. Woordherkomst afgeleid van achten met het voorvoegsel ver...

2024-03-29
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

verachten

verachten - regelmatig werkwoord uitspraak: ver-ach-ten 1. op hem neerkijken, hem waardeloos vinden ♢ Joachim veracht zijn ordinaire buurman 2. er geen rekening mee houden ♢ hij veracht het geva...

2024-03-29
Van aalmoes tot zwijntjesjager

Dr. E. Schröder (1980)

Verachten

Hoe Nederlands ons het werkwoord verachten ook in de oren klinkt, het is van Duitse makelij. Luther gebruikte het toen nog jonge Duitse woord verachten in zijn bijbelvertaling en onder invloed daarvan is het in de Nederlandse taalschat opgenomen. Het voorvoegsel verheeft hier een ongunstige betekenis die men ook vindt in werkwoorden als: verdenken,...

2024-03-29
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Verachten

v., forachtsje, min-, lytsachtsje, forsmade, -smaedzje, -spije, -spuije.

2024-03-29
Duits woordenboek (DU-NL)

Dr. H. W. J. Kroes (1951)

verachten

verachten, minachten, versmaden.

2024-03-29
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-03-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Verachten

(verachtte, heeft veracht), 1. niet achten, met minachting aanzien, bejegenen: de lasteraar wordt veracht; die zijn naaste veracht, zondigt (Spr. 14 : 21): 2. niet tellen, trotseren: de dood. verachten; 3. verlagen, vernederen, verkleinen: gij moet uw broeder niet zo verachten; 4. versmaden: — iets verachten...

2024-03-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

verachten

verachtte, h. veracht (met minachting bejegenen, sterker dan minachten): het gevaar verachten.

Wil je toegang tot alle 12 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-03-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

verachten

(vər'achtən) (verachtte, heeft veracht) 1. sterk minachten : zijn evenmens -. 2. trotseren : de dood -. 3. verlagen, vernederen.