Veldhoen
Oude N naam voor de Patrijs ←, welke inderdaad een Hoen van het open veld, d.w.z. onbebost terrein is (voor veld zie sub Veldleeuwerik). De naam komt voor in de VK (c.1618): "RAEP-HOEN. J. VELD-HOEN. Perdix. ger. rebhun. sax. raphoen." MH 1932 vermeldt mnl Velthoen ("Patrijs, fazant"). Bij Houttuyn 1763 komt de naam ook voo...