vel
1) (1901) (Amsterdam, Barg.) overjas. Meestal verkleinvorm. • Vel, velletje: jas. Hou me vel even vast, we gaan looien (kloppen). Dat is een joven (uitstekend) vel. (Köster Henke: De boeventaal. 1906) • Vel: jas of overjas. (E.G. van Bolhuis: De Gabbertaal. 1937) • velletje, overjas: zijn eigen - over 'n bibberende schooier he...