vee van Laban, vee van de richel
(19e eeuw) (scheldw.) troep deugnieten; mensen met een gemeen karakter; slecht volk; gespuis. Ontleend aan de geschiedenis van Laban (uit Genesis 24, 29, 31). Laban staat in de bijbelse geschiedenis in een ongunstig daglicht. Hij was de broer van aartsvader Jacobs moeder Rebekka. Voor zijn schoonzoon Jacob was hij buitengewoon streng. Uit het bijbe...