Wat is de betekenis van vastgrijpen?

2024-04-19
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

vastgrijpen

vastgrijpen - Werkwoord 1. (ov) iets stevig in de handen pakken Uzzia greep de Ark des Verbonds vast en werd op slag gedood. 2. (refl) zich ~ aan: zich verankeren door iets stevig beet te pakken Zij trachtten zich eraan vast te grijpen, maar...

2024-04-19
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

vastgrijpen

vastgrijpen - onregelmatig werkwoord uitspraak: vast-grij-pen 1. iets stevig pakken en vasthouden ♢ je moet je op de boot stevig vastgrijpen om niet over boord te vallen Onregelmatig werkwoord: vast-grij-pen ik grijp...

2024-04-19
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-19
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Vastgrijpen

(greep vast, heeft vastgegrepen), stevig grijpen, grijpen en vasthouden: iem., een touw vastgrijpen: — wederk.: een drenkeling grijpt zich aan alles vast.

2024-04-19
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

vastgrijpen

(greep vast, heeft vastgegrepen) grijpen en vasthouden.

2024-04-19
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

VASTGRIJPEN

VASTGRIJPEN - (greep vast, heeft vastgegrepen), stevig grijpen, grijpen en vasthouden: iem., een touw vastgrijpen; een drenkeling grijpt zich aan alles vast.