Wat is de betekenis van vaal?

2023-03-31
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

Vaal

Vaal - Eigennaam 1. (toponiem) Rivier in Zuid-Afrika van zo'n 1,100 km lengte die uitmondt in de rivier Oranje Woordherkomst naam afkomstig van de vale kleur van het water

Lees verder
2023-03-31
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

vaal

vaal - bijvoeglijk naamwoord 1. grauw en dof ♢ de kleuren van deze blouse zijn erg vaal geworden 1. een vale huid [grijzige, ongezonde huid] Bijvoeglijk naamwoord: vaal ...

Lees verder
2023-03-31
Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

Vaal

de grootste rechterzijrivier (680 km) van de Oranjerivier in Zuid-Afrika. Ze vormt de noord- en de westgrens van de Oranje-Vrijstaat, een van de staten van de Republiek Zuid-Afrika.

2023-03-31
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Vaal

adj. & adv., feal, skier, grounich, gibbich; min of meer —, fealich.

2023-03-31
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Vaal

I. bn. bw. (valer, -st), 1. bleekgeel: een vaal paard; 2. (Zuidn.) geel, bleekrood, rossig : een vale goudglans; 3. verkleurd : vale herfstbladeren; 4. (van het licht) bleek, mat, flets: het vale licht dat door de regen zeefde; 5. kleurloos, eentonig, egaal: de vale eenzaamheid van een altijd eendere dagengang;...

Lees verder
2023-03-31
De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Vaal

rivier in Z.-Afrika. 680 km lang. Stroomt van de Drakensbergen naar de Oranje-rivier. Grensrivier tussen Oranje Vrijstaat en Transvaal.

Lees verder
2023-03-31
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

vaal

bn., bw.; valer, vaalst (lichtrood of lichtbruin; verschoten, ontkleurd): de vale hei; een vale jas.

2023-03-31
Encyclopedie voor Iedereen

John Kooy (1933)

Vaal

rivier in Z.-Afrika, ontspringt o/d Rrakensbergen, 680 km lang, loopt voorbij Kimberley uit i/d Oranjerivier.

2023-03-31
Jozef Verschueren

Jozef Verschueren (1930)

vaal

bn. en bw. (valer, -st) [~ Lat. pallidus, bleek] 1. grijs, lichtbruin: de vale hei; een bonte koe. 2. ontkleurd: zijn lippen waren -. 3. verschoten: een groen kleed.

Lees verder
2023-03-31
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Vaal

Vaal - een der twee hoofdbronrivieren der Oranjerivier. Zij ontspringt in het O. van het Transvaalsche Hoogeveld, op ’t 1700 M. hooge plateau van Klipstapel. In den zomer is zij, in tegenstelling met den winter, een waterrijke rivier. Bij haar mond is zij 400 M. breed, op sommige plaatsen 10 tot 13 M. diep.

2023-03-31
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Vaal

bn. en bw. (valer, -st), 1. bleekgeel of lichtbruin; 2. verkleurd, verschoten; flets; ook in samenstellingen met kleur: bruin, geel, grijs.

Lees verder
2023-03-31
Keur van Nederlandsche woordafleidingen

J.Pluim (1911)

Vaal

(of valuw, als geel en geluw) bet. oorspr. bleek; vgl. ’t Lat. palleo (voor palveo, waarin de p aan onze v beantwoordt) = ik ben bleek.

2023-03-31
Vivat's Geïllustreerde Encyclopedie

J. Kramer (1908)

Vaal

rechterzijrivier van de Oranje-rivier in Zuid-Afrika, vormde de grens tusschen Transvaal en den Oranje-Vrijstaat.

2023-03-31
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

VAAL

VAAL - bn. bw. (valer, -st), lichtbruin, lichtrood; eene vale kleur; de vale heide; ontkleurd er vaal uitzien; zijne lippen waren vaal; uwe jas wordt vaal, wordt leelijk van kleur, verschiet. VAALHEID, v.

2023-03-31
Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Vaal

rivier in Zuid-Afrika, ontspringt op het Qualhlainba-gebergle, loopt in westelijke richting en ontlast zich in de Oranje-rivier. Naar de V. is de Transvaalsche republiek genoemd.

2023-03-31
Nieuw woordenboek der Nederlandsche taal

I.M. Calisch (1864)

Vaal

Vaal, bn. en bijw. (valer, -st), lichtbruin, lichtrood; ontkleurd; er - (tanig) uitzien. *-ACHTIG, bn. eenigzins vaal. *-BRUIN, bn. *-HEID, v. gmv. *-T, *-TE, v. (-n), mesthoop.

Lees verder