Wat is de betekenis van Uitvoer?

2024-04-19
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

uitvoer

uitvoer - Zelfstandignaamwoord 1. (economie) de verkoop van goederen aan het buitenland De uitvoer van Duitse goederen was door de lage euro flink gestegen. 2. het verwerkelijken van iets Daarmee was het overbodig geworden het plan ten uitvoer te brengen....

2024-04-19
CBS begrippenlijst

CBS (2018)

Uitvoer

Het leveren van goederen en het verlenen van diensten door ingezetenen aan het buitenland (niet-ingezetenen). Zie ook: Ingezetene, Uitvoer van diensten, Uitvoer van goederen

2024-04-19
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

uitvoer

uitvoer - zelfstandig naamwoord uitspraak: uit-voer 1. het vanuit het eigen land naar het buitenland brengen ♢ de uitvoer is dit jaar toegenomen 1. iets ten uitvoer brengen [het doen zoals het moet...

2024-04-19
Logistieke begrippen omschreven

Redactie Ensie (2016)

Uitvoer

Uitvoer is het totaal aan goederen dat in Nederland wordt geproduceerd of vervaardigd en naar het buitenland wordt vervoerd. Ook goederen die door Nederland worden vervoerd en daarbij eigendom worden van een Nederlandse ingezetene worden als uitvoer gezien. Uitvoer is het totaal aan goederen dat vanuit Nederland naar andere landen wordt getransport...

2024-04-19
Begrippenlijst toerisme

Digischool (2010)

Uitvoer

Uitvoer zijn alle producten en diensten die naar een ander land verkocht worden.

2024-04-19
Nederlandse economie begrippen

Centraal bureau voor de Statistiek (2003)

Uitvoer

De goederen en diensten die door ingezetenen aan het buitenland zijn verkocht.

2024-04-19
Woordenboek Nederlandse termen van Bibliotheek en documentaire informatie

dr. P.J. van Swigchem en E.J. Slot (1990)

uitvoer

1. informatie die als resultaat van de gegevensverwerking door een computersysteem wordt geleverd. 2. het uit het interne geheugen halen van deze informatie. - output.

2024-04-19
Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

uitvoer

(export), verkoop van goederen aan het buitenland. De uitvoer van Nederland in 1970 bedroeg 42 595 milj. gulden; in % van de waarde: voedings- en genotmiddelen 23,3 grondstoffen 6,6 oliën en vetten I minerale brandstoffen en smeermiddelen 7,9 chemische Produkten 13 halffabrikaten 18 machines en vervoermaterieel .... 19,6 andere fa...

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-19
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

uitvoer

verkoop en vervoer van eie goedere vir buitelandse bemarking; volvoering; uitgevoer, iets na buiteland voer; verrig; voering insit; speel (musiekstuk).