uitspelend
bij de tegenstander spelend. op het veld of in de sporthal van de tegenstander spelend; een uitwedstrijd spelend. Vrijwel altijd in combinatie met een zelfstandig naamwoord of een eigennaam. Voorbeelden: Het oeverloze balbezit leidde in de diverse Europa-Cupduels tot een handjevol kansen. Het was een herhaling van zetten voor...