Wat is de betekenis van uitleende?

2024-03-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

uitleende

uitleende - Werkwoord 1. (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van uitlenen ♢... dat ik uitleende ♢... dat jij uitleende ♢... dat hij, zij, het uitleende

Gerelateerde zoekopdrachten