Wat is de betekenis van Uitgewoond?

2024-03-28
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

uitgewoond

(1979) (sp.) doodmoe; uitgeput; aan het eind van zijn krachten. Eigenlijk gezegd van een woning: door (zorgeloze) bewoning vervallen. Hier overdrachtelijk gebruikt. Wellicht ontstaan in wielerkringen. Zie ook uitwonen*. • Gerrie Knetemann: 'Kwam Jan Raas nog tegen deze week. Die. was uitgewoond...!' (Het vrije volk, 06/01/1979) • Ik kon...

2024-03-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

uitgewoond

uitgewoond - Werkwoord 1. voltooid deelwoord van uitwonen

2024-03-28
Jargon & Slang van Wielrenners

Marc De Coster (2017)

Uitgewoond

Uitgewoond - uitgepierd. Dit woord werd vooral populair gemaakt door Gerrie Knetemann. Thans ook buiten sportkringen gebruikt. Een uitgewoonde coureur is een renner die getekend is door zware inspanningen. Vgl. Fr. être lessivé, être à la ramasse, être à ramasser à la petite cuillère. Ik kon alleen maar harken. Dat is wel een uitdrukking van Knetem...

Wil je toegang tot alle 8 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-03-28
Wielerwoordenboek

Fons Leroy en Wim van Rooy (2010)

uitgewoond

uitgewoond: volledig leeggereden van de fiets stappen, uitgeput zijn; favoriete uitdrukking van 'De Kneet': 'Hij kwam uitgewoond over de meet.'