Wat is de betekenis van uiterwaard?

stuk land tussen een waterloop en de winterdijk. meestal met gras begroeid stuk land dat ligt naast de zomerbedding van een rivier, vaak begrensd door een lagere zomerdijk en een hogere winterdijk, en dat bij hogere waterstand onderstroomt en dient om het rivierbed te verbreden en overstromingen te voorkomen; stuk land tussen een waterloop e...

uiterwaard - Zelfstandignaamwoord 1. het overloopgebied tussen een winterdijk en het zomerbed langs een beek of rivier Woordherkomst samenstelling van uit en waard met het invoegsel -er-

strook land langs een rivier, gelegen tussen de zomerkade en de winter- of bandijk. De zomerkaden voorkomen overstroming van de uiterwaard bij matig hoge waterstanden (vooral in het voorjaar en de zomer). Bij hoge waterstanden overstroomt ook de uiterwaard en wordt het profiel van de rivier sterk vergroot. De voornaamste functie van de uiterwaard i...

is het tussen de hoofdwaterkering en de eigenlijke bedding, het zomerbed, van een rivier gelegen gebied, dat bij hoogwaterafvoer deel van de rivier gaat uitmaken, dus tot het winterbed behoort. U. voorkomen bij rivieren met sterk wisselende afvoeren, dat het water te hoog tussen de dijken stijgt. Door de u. met kaden van het zomerbed af te scheiden...

v. (-en), buitendijks, tussen dijk en zomerkade van een rivier gelegen grond, inz. indien met gras begroeid.

land tussen het zomerbed van een rivier en de wederzijdse bandijken, dat bij hoog water onderloopt.

is het land tussen het zomerbed ener rivier en de wederzijdse bandijken, dat bij hoog opperwater ondervloeit en tot de afvoer daarvan bijdraagt. Omtrent het maken van werken, het stichten van gebouwen, het planten van hout enz., waardoor de afvoer over de uiterwaarden kan worden benadeeld, gelden in Nederland de bepalingen der [i]Rivierenwet. [/i]

v. uiterwaarden (land tussen de zomerbedding en de rivierdijk): de uiterwaarden worden gebruikt als weiland of als griend.

Het oeverland tusschen de hooge dijken en de rivieren. Buitendijksch land. Men gebruikt dien naam, wanneer dat land met gras is begroeid. Is het met wilgen (griend) beplant, dan spreekt men van rijswaard.