Wat is de betekenis van uilenvanger?

2024-04-24
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

uilenvanger

(1906) (Barg.) oneerlijk persoon. • Uile(n)vanger, znw., m . — In de diamantnijverheid. Opkooper, verheler van gestolen diamanten. (Jozef Cornelissen & Jan Baptist Vervliet: Idioticon van het Antwerpsch dialect. Aanhangsel. 1906) • Blompot (uilevanger) blompotten: oneerlijke handelwijze van een werkman, oneerlijk doen. (Jac. v...

2024-04-24
Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

uilenvanger

(Bargoens) opkoper, verheler van gestolen diamanten. Blompot (uilevanger) blompotten: oneerlijke handelwijze van een werkman, oneerlijk doen. (Jac. van Ginneken, Handboek der Nederlandsche taal. Deel II. De sociologische structuur onzer taal 11, 1914)

Gerelateerde zoekopdrachten