Wat is de betekenis van Uil?

Het begrip uil heeft 3 verschillende betekenissen: 1) nachtroofvogel met ronde ogen. roofvogel met een korte, kromme snavel, een zeer wendbare kop en grote, naar voren gerichte ronde ogen die vooral 's nachts actief is en vaak een geluid maakt dat klinkt als oehoe. Ook ter aanduiding van de diersoort die uil wordt genoemd, de familie...

Een uil is een roofvogel die in de wetenschap ook wel wordt aangeduid als Strigiformes. Uilen hebben een plat gezicht met grote ogen die vast in hun schedel staan. Een uil kan alleen opzij kijken door zijn gehele kop te draaien. Hij kan zijn kop dan ook 270 graden draaien. De haakse snavel en scherpe klauwen zijn ook kenmerkend voor een uil. Daarna...

1) (1939) (ook: uilenbal, uilenjongen) (homotaal) niet-homofiel, hetero. Deze term is al vrij oud maar werd tot nog toe slechts door de grote Van Dale gehonoreerd. Endt geeft in zijn Bargoens Woordenboek (1974) ook de synoniemen: uilenbal en uilenjongen. In homokringen gebruikt men ook de zegswijze 'Er is een uil om de lamp' als waarschuwing voor...

uil - Zelfstandignaamwoord 1. (vogels) Strigiformes, een orde van roofvogels die vooral 's nachts jagen 2. (insecten) Noctuidae, een familie van nachtvlinders waartoe meer dan 25.000 soorten behoren 3. (informeel) dom persoon ♢ Een uil van een vent. Uitdrukkingen en gezegden ...

De uil hoorde in het oude Griekenland bij de godin Athena. Zij was de personificatie van de wijsheid en de uil werd daar het symbool van. Later kreeg de uil een slechtere naam. Omdat de vogel 's nachts actief is en overdag haast niets ziet, werd de uil geassocieerd met domheid en met slechte zaken die het daglicht niet kunnen verdragen. Vooral in d...

uil - zelfstandig naamwoord 1. nachtvogel met grote ronde ogen en kromme snavel ♢ de uil riep oehoe 1. een uiltje knappen [overdag een poosje slapen] 2. elk meent zijn uil een v...

Uil - (Vlaams) een uil gevangen hebben: niet slagen voor een examen. Syn.: gesjareld zijn, eraan hangen, gepast hebben, erdoor vallen, geflest zijn.

Amsterdamse weesjongen, zo genoemd naar de kleuren van de kleding van de weeskinderen (zwart en rood), die overeenkomen met die van een soort vlinder die uiltje heet, STROOP 117.

dom mens. De volksmond zegt zo dom als een uil. Bekend is ook de uitdrukking uilen broeden uilen: ‘domme ouders hebben domme kinderen’. Kijk ook onder kerkuil.Je hebt die broek verknipt, ellendige uil! (Johannes Kneppelhout, Studenten-typen, 1839-1841)