Wat is de betekenis van tromslager?

2024-04-20
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

tromslager

tromslager - Zelfstandignaamwoord 1. (verouderd) bespeler van een trommel, een rond slaginstrument, bespannen met een vel Maar een goede tromslager is hij gebleven - de beste uit de omtrek, tot aan het uur van zijn dood. Woordherkomst samenstellend afgeleid van trom en slaan met he...

2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Tromslager

m. (-s), trommelslager.

2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Tromslager

Tromslager - m. (-s), trommelslager.