Wat is de betekenis van Torens?

torens - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord toren

Torens van kerken kwamen na de Alteratie* in 1578 in het bezit van de stad- en dorpsbesturen, terwijl de kerken ter beschikking kwamen van de Hervormde Gemeente. Vanaf 1798 moest die het onderhoud en de salarissen van de koster en de organist betalen. Pas sinds 1915 worden de klokken van de Oude Kerk*, de Westerkerk* en tot 1929 ook de Zuiderkerk*...

bouwwerken, waarvan de hoogte een veelvoud is van de doorsnede. Plattegrond meestal veelhoek of cirkel. De oudste Eur. T. waren verdedigings-T. T.-bouw was speciaal uiting van Gothische stijl, na de Renaissance sterk verminderd. Hoogste T. in Ned. Dom-T, Utrecht, 110 m. De Klokke-T. (campanile) in Italië werd los van het kerkgebouw geplaatst.

Het bouwen van torens heeft in de architectuur verschillende aanleidingen die echter dikwijls samenvallen. Er is de toren, gebouwd als utiliteitswerk, bijv. als uitkijkpost op een belangrijk strategisch punt van een vesting of stad. Door dit motief heen werkt zich dat van de toren als symbool van kerkelijke of stedelijke macht, later bovendien nog...

In de vroegere versterkingskunst waren de torens hoofdsteunpunten der verdediging, tevens dienende tot Lankverdediging van den hoofdwal. Later vormde de T. een reduit (laatste verdedigingsstelling) in de aarden werken. De T., door Montalambert voorgesteld (tour angulaire), heeft embrasures voor geschut.

Torens zijn regelmatige gebouwen, veelal met een vierkanten, maar ook wel met een ronden of veelhoekigen grondslag, die zich door eene aanmerkelijke hoogte onderscheiden. Doorgaans zijn zij met kerken, doch ook wel met stadhuizen, poorten, kasteelen, vestingen enz. verbonden, en slechts zelden vindt men alleenstaande torens. De Egyptische pylonen e...