tollen
tollen - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord tol
Muiswerk Educatief (2017)
tollen - regelmatig werkwoord uitspraak: tol-len 1. een tol laten ronddraaien ♢ vroeger waren de kinderen veel aan het tollen op straat 2. snel ronddraaien ♢ de dansers tollen over de dansvloer...
Jan Luitzen (2009)
(ov ww; tolde; h. getold) - (een kleine versnelling) soepel en snel ronddraaien • Een vals plat omhoog, ik trap een veel te klein verzet, om me weer warm te tollen. (KRABR)
P. Brood, A.H. Huussen en J. van der Kooi (1999)
Heffingen voor het gebruik van bepaalde overheidsdiensten, in vakjargon retributie geheten. Tollen werden vrijwel altijd geheven als bescherming van reizigers tegen overlast en als vergoeding voor het gebruik van een weg of brug. Het recht hiertoe kon in handen zijn van de landsheer, een stad, maar ook van particulieren. Zo hief de stad Groningen e...
Anton van Oirschot (1985-1986)
kinderspel met een haktol, die men laat ronddraaien door middel van een (leren) veter of met een zweepje; in Noord-Brabant is er een speciale toltijd. Bij de jongens is het de bedoeling dikwijls de tol, die van een ijzeren punt is voorzien, op een ander te hakken om die te splijten. Bij de meisjes gaat het meestal om een andere vorm van tol, met ee...
Kon. Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen (1982)
Retributies geheven voor het gebruik van een land- of waterweg. Thans wordt in uitzonderingsgevallen tol geheven zoals bij nieuw aangelegde dure bruggen bijv. de Zeelandbrug. Eén van de bekendste tollen in Zeeland was de tol van Iersekeroord, zo genoemd naar de plaats van vestiging, maar dit heeft wel tot misverstanden geleid over de plaats....
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: