Wat is de betekenis van Toezicht?

2024-04-16
Begrippenlijst Vreemdelingenbeleid

Ministerie van Justitie (2022)

Toezicht

Ambtenaren van de vreemdelingendienst en de Koninklijke Marechaussee houden toezicht op vreemdelingen. Dat betekent dat zij controleren of vreemdelingen (nog steeds) voldoen aan de voorwaarden om hier te verblijven. Dat kan administratief, bijvoorbeeld door geen nieuwe vergunning te verstrekken als de vreemdeling daar geen recht meer op heeft, maar...

2024-04-16
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

toezicht

toezicht - Zelfstandignaamwoord 1. in de gaten houden, letten op Woordherkomst samenstelling van toe en zicht Verwante begrippen bewaking, controle, opzicht, supervisie, verificatie

2024-04-16
Rijksoverheid

Begrippenkader rijksinspecties

Toezicht

Toezicht is het verzamelen van de informatie over de vraag of een handeling of zaak voldoet aan de daaraan gestelde eisen, het zich daarna vormen van een oordeel daarover en het eventueel naar aanleiding daarvan interveniëren. Bovenstaande definitie komt voor in de achtereenvolgende Kaderstellende Visies op Toezicht. Deze definitie is overgenomen v...

2024-04-16
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

toezicht

toezicht - zelfstandig naamwoord uitspraak: toe-zicht 1. erop letten om te kijken of het goed gaat ♢ de politie hield toezicht op het verkeer 1. onder toezicht staan [in de gaten gehouden worden]...

2024-04-16
Filosofisch woordenboek

Paul Frentrop (2001)

Toezicht

De overheid groeit al meer dan een eeuw. Exponentieel. Deze versnelling komt mede tot stand via de risico-regelreflex. Nadat er ergens iets mis is gegaan, komen er nieuwe regels, die moeten voorkomen dat dit nog een keer gebeurt. Op de naleving van deze regels moet dan weer toezicht worden gehouden en zo krijgen we al maar meer toezichthouders, al...

2024-04-16
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Toezicht

s., ta(for)sjoch (it), regaed (it); — houden, tasjen.

2024-04-16
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-16
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Toezicht

o., 1. (veroud.) aandacht, oplettendheid: hier had zijn toezicht menigmaal een vijand voorgekomen (Bilderdijk); 2. (veroud.) voorzichtigheid, omzichtigheid; 3. het waken dat een persoon of zaak zich gedraagt of bevindt, dat een handeling geschiedt, overeenkomstig een bep. norm; hoede, zorg, contrôle: het toezicht over de gemeenten e...

Wil je toegang tot alle 13 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-16
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

toezicht

o.; het toezien; opzicht; bewaking, zorg; contrôle, inz. Z.-N.: Z.-N. iem. onder het bijzonder toezicht der politie stellen; er moet toezicht zijn bij alle werk, opzicht; toezicht houden op de jongens: onder toezicht van; commissie, raad van toezicht.