Wat is de betekenis van tik?

2024-04-25
WhatsApp woordenboek

redactie Ensie (2023)

tik

tongue in cheek

2024-04-25
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

tik

(19e eeuw) (Barg.) horloge. 'Tik met bengel': horloge met ketting. • Tik, (barg.), horloge. Tik met slang = horloge met ketting. (Taco H. de Beer en E. Laurillard: Woordenschat, verklaring van woorden en uitdrukkingen. 1899) Tik, horloge; tik met slang, horloge met ketting. (Onze Volkstaal. Deel 3. 1885. Alphabetische Woordenlijst van het Ba...

2024-04-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

tik

tik - Zelfstandignaamwoord 1. een korte niet al te harde klap of schop Hij gaf een tikje tegen het venster. 2. het korte maar energieke geluid van zo'n klap of schop Je moet mijn fiets eens nakijken, ik hoor steeds een tik. tik - Wer...

2024-04-25
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

tik

tik - zelfstandig naamwoord 1. zachte klap of slag ♢ hij gaf het kind een tik op haar vingers 1. ergens een tik van meekrijgen [de slechte invloed ervan ondergaan] 2. iemand een...

2024-04-25
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

tik

ligte stamp, klap; getik, lig stamp, klap; aanraak, klop; met tikmasjien skryf.

2024-04-25
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Tik

s., tik; een -je harder, in knikje, in bytsje, efkes lûder.

2024-04-25
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-25
Woordenboek Turks-Nederlands

MEHMET KIRIŞ (2024)

Wil je toegang tot alle 17 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Tik

m. (-ken), 1. het betrekkelijk zwak, doch duidelijk hoorbaar kortdurend geluid zoals o.a. door een lichte slag met een hard voorwerp op een hard oppervlak wordt teweeggebracht: hij zette zijn glas met een korte tik op tafel: elke tik van de klok; een tik op of tegen de deur; (coll.) de klok heeft een heldere tik;...