Wat is de betekenis van tijdgenoot?

2024-03-29
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

tijdgenoot

iemand uit dezelfde periode. iemand die in dezelfde periode leeft als een andere persoon of groep van personen. Voorbeelden: Een stimulerende kijk op het artistieke milieu waaruit hij voortkwam, krijg je in het Prinsenhof in Delft waar onder de titel Delftse meesters - Tijdgenoten van Vermeer een tachtigtal schilderijen bijeengebrach...

2024-03-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

tijdgenoot

tijdgenoot - Zelfstandignaamwoord 1. iemand die in dezelfde historische periode leefde Mursilli II van het Hettietenrijk was een tijdgenoot van Seti I van Egypte. Woordherkomst samenstelling van tijd en genoot

2024-03-29
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

tijdgenoot

tijdgenoot - zelfstandig naamwoord uitspraak: tijd-ge-noot 1. iemand die in dezelfde tijd leeft als een of meer anderen ♢ Shakespeare was een tijdgenoot van Cervantes Zelfstandig naamwoord: tijd-ge-noot de tijdgenoot...

2024-03-29
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Tijdgenoot

s., tiidgenoat.

2024-03-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Tijdgenoot

m. (...genoten), 1. iem. die in dezelfde tijd leeft als een of meer bepaalde anderen; 2. iem. die in dezelfde tijd als een ander een studie beoefent of een loopbaan volgt: mijn tijdgenoot te Leiden.

2024-03-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

tijdgenoot

m. tijdgenoten: Hooft was een tijdgenoot van prins Maurits, leefde in dezelfde tijd; vr. tijdgenote.

2024-03-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

tijdgenoot

('tijt) m. (...noten) persoon die met een of meer anderen in dezelfde tijd leeft.

2024-03-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Tijdgenoot

m. (-genoten), 1. iemand die in dezelfde tijd leeft; 2. iemand die in dezelfde tijd een studie beoefent.