Wat is de betekenis van tiger?

2024-03-29
Golfsportwoordenboek

Jan Luitzen (2009)

tiger

(de; -s) - sterke speler, lage handicapper. Herkomst: Eng. (tijger, geducht tegenstander) → rabbit

2024-03-29
Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

Tiger

Tiger - Steengoed uit de 16de en 17de eeuw, met name kruiken, met een opvallend vlekkerig bruin glazuur op een grijsachtige romp, dat in Engeland werd ingevoerd uit de aardewerkfabrieken langs de Rijn, met name die van Keulen. Tigerkruiken waren vaak bekleed met zilver in de vorm van een band rond de hals, en met zilver op het deksel, de voet en he...

2024-03-29
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

tiger

1. tijger; 2. livreiknechtje; a tiger for work, een echte werkezel.

Wil je toegang tot alle 6 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-03-29
Duits woordenboek (DU-NL)

Dr. H. W. J. Kroes (1951)

Tiger

tijger.