Wat is de betekenis van thuishonk?

2024-03-28
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

thuishonk

Het begrip thuishonk heeft 3 verschillende betekenissen: 1) thuisplaat bij honkbal e.d.. honk waarvan een speler of speelster van een honkbal-, softbal- of kastieploeg die aan slag is, na de bal geraakt te hebben vertrekt en dat hij of zij na een omloop langs de overige drie honken weer moet zien te bereiken om een punt te scoren; thuisplaat...

2024-03-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Thuishonk

o., bij honkbal, slagbal en kastie het uiten teruggangspunt voor de spelers van de slagpartij.