Wat is de betekenis van tegoed?

2024-04-23
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

tegoed

tegoed - Zelfstandignaamwoord 1. financiële middelen waarop men bij een spaarinstelling aanspraak kan maken Alle tegoeden zijn overgebracht naar een andere rekening. Woordherkomst samenstelling van te en goed Verwante begrippen actief, bezit, credit, creditzijde, krediet

2024-04-23
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

tegoed

tegoed - zelfstandig naamwoord uitspraak: te-goed 1. bedrag dat iemand je nog moet betalen, of dat je kunt opnemen ♢ ik heb nog een tegoed bij de bank van 3000 euro Zelfstandig naamwoord: te-goed het tegoed ...

2024-04-23
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

tegoed

batige saldo.

2024-04-23
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Tegoed

s.n., togoed (it).

2024-04-23
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-23
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Tegoed

o. (-en), wat iem. die in rekening staat met een ander nog te vorderen heeft: de bank betale uit mijn tegoed de somma van f 500.

2024-04-23
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

tegoed

o. (–en) wat men te goed heeft.

2024-04-23
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Tegoed

I. bw., nog te vorderen; II. o. (-en), positief saldo.

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-23
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)