taste
(zelfstandig naamwoord) [alg.] smaak, gevoel voor schoonheid - Je kunt over haar zeggen wat je wilt, maar gevoel voor schoonheid heeft ze!
Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)
(zelfstandig naamwoord) [alg.] smaak, gevoel voor schoonheid - Je kunt over haar zeggen wat je wilt, maar gevoel voor schoonheid heeft ze!
Dr. F.P.H. van Wely (1951)
I. proeven; smaken, ondervinden; smaak vinden in; II. 1. proeven; 2. smaken; taste of, 1. smaken naar; 2. proeven; 3. fig smaken, ondervinden; III. smaak, bijsmaak, voorsmaak; (voorproefje; zweempje, tikje; neiging, voorliefde; they are bad taste, ze zijn smakeloos; let me have a taste, laat mij eens proeven; in bad taste, smakeloos; in good taste...
dr. mr. W. Schuurmans Stekhoven (1949)
smaak, smaakzin; after-taste, nasmaak; taste buds, taste bulbs, smaakpapillen; taste cell, smaakcel, smaakbeker.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: