tankstation
(zelfstandig naamwoord) [alg.] benzinestation, benzinepomp - Bij dat benzinestation vind je ook autowascabines en stil je je honger met een versgebakken broodje.
Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)
(zelfstandig naamwoord) [alg.] benzinestation, benzinepomp - Bij dat benzinestation vind je ook autowascabines en stil je je honger met een versgebakken broodje.
Wiktionary (2019)
tankstation - Zelfstandignaamwoord 1. een plaats waar men benzine of diesel kan tanken ♢ Bij veel tankstations zijn de benzineprijzen behoorlijk omhoog gegaan. Woordherkomst samenstelling van tank en station
Fink (1998)
Degene die in een droom bij een tankstation stopt, zou ook in de waaktoestand een pauze moeten inlassen om bij te tanken voor het verdere gevecht van het leven.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
o. (-s), inrichting waar motorbrandstof, olie, koelwater en lucht kunnen worden ingenomen.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: