Wat is de betekenis van Tangentieel?

tangentieel - Bijvoeglijk naamwoord 1. met de raaklijn samenhangend 2. met betrekking tot de tangens Woordherkomst afgeleid van tangens met het achtervoegsel -eel Antoniemen [1] radiaal

a. met de raaklijn samenhangend; b. volgens, in de richting van de tangens; c. middelpuntvliedend. De wijze van het aanbrengen van de schoepen in een waterrad. Ca. 30graden.

a. met de raaklijn samenhangend; b. volgens, in de richting van de tangens; c. middelpuntvliedend. De wijze van het aanbrengen van de schoepen in een waterrad. Ca. 30graden.

[Fr. tangentiel] bn & bw de raaklijn betreffend; gericht volgens een raaklijn; tangentiële kracht, middelpuntvliedende of centrifugale kracht.

bn., 1. met de raaklijn samenhangend : tangentiële coördinaten, lijncoördinaten; 2. langs een raaklijn gericht: tangentiële versnelling.

(< tangent). Met de raaklijn samenhangend: de tangentiële vergelijking van een kromme is de betrekking, die bestaat tussen de lijncoördinaten van elk harer raaklijnen; daarom heten de lijncoördinaten wel tangentiële coördinaten. Ook: langs een raaklijn gericht b.v. tangentiële versnelling.

(si'e:l) bn. (...tiële) van, eigen aan, betreffende, overeenkomstig de tangens : een ...tiële kracht.

bn. en bw., (minder juist: tangentiaal), met de raaklijn samenhangend; volgens, (werkend, verlopend) in de richting van de raaklijn, tangentiële snelheid, de snelheid loodrecht op de gezichtslijn (of voerstraal).