Wat is de betekenis van Tandem?

2024-04-19
Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

tandem

(zelfstandig naamwoord) [alg.] duo, tweespan - Als tweespan Frankrijk-Duitsland iets wil, is de kans groot dat de EU dat overneemt. [fiets] meermansfiets, meermanner, tweefiets - De voorste op de meermansfiets stuurt en trapt en de achterste doet stiekem niets.

2024-04-19
Jargon & Slang van Wielrenners

Marc De Coster (2017)

Tandem

Tandem - (Eng.) speciale fiets voor twee achter elkaar zittende renners. Alleen het voorste stuur is draaibaar. De voorste renner noemt men de stuurman, de achterste renner de stoker. De tandem wordt alleen gebruikt bij baanwedstrijden. Het woord tandem komt niet van de edelman Tandem, stalmeester van een Engelse koningin, maar stamt uit het Latijn...

2024-04-19
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

tandem

tandem - zelfstandig naamwoord uitspraak: ten-dem 1. fiets voor twee personen die achter elkaar zitten en die beiden kunnen trappen ♢ Hugh en Wina reden op een tandem rond het IJsselmeer Zelfstandig naamwoord: ten-dem ...

2024-04-19
Wielerwoordenboek

Fons Leroy en Wim van Rooy (2010)

tandem

tandem: fiets voor twee achter elkaar zittende renners. Was vanaf de pionierstijd van de wielersport een vast onderdeel van het baanwielrennen, maar deze discipline stierf langzaam uit en is nu hoofdzakelijk nog in de wielersport voor slechtzienden terug te vinden. Het bekendste tandemduo waren de Franse olympische en wereldkampioenen Daniel Morelo...

2024-04-19
Groot wielerwoordenboek

Marc de Coster (2009)

tandem

Engels voor speciale fiets voor twee achter elkaar zittende renners. Alleen het voorste stuur is draaibaar. De voorste renner noemt men de stuurman, de achterste renner de stoker. De tandem wordt alleen gebruikt bij tijdritten en sprintwedstrijden op de baan. Het woord tandem komt niet van de edelman Tandem, stalmeester van een Engelse koningin, ma...

2024-04-19
Wielersportwoordenboek

Jan Luitzen (2009)

tandem

(de; -s) 1 - rijwiel voor twee personen achter elkaar, die beiden trappen, maar waarvan alleen het voorste stuur draaibaar is. • Er is een bijzondere tandem, de Hase Pino, waarbij de achterste persoon zittend fietst en de voorste liggend. Wie voorop fietst, kan niet sturen of remmen. Die hoeft alleen maar te genieten van het uitzicht. (NRCO8) • De...

2024-04-19
NIMA marketing lexicon

NIMA (1993)

tandem

Combinatie van twee personen binnen een organisatie die beiden een eigen bijdrage leveren aan een probleemoplossing en door de combinatie daarin synergie bereiken.

2024-04-19
Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

tandem

[Eng. ten'dem], een fiets voor twee personen achter elkaar. Ook gezegd van twee achter elkaar gespannen paarden.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-19
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Tandem

rijwiel voor twee personen; in het Latijn: eindelijk