Wat is de betekenis van tan?

2024-04-20
Nederlandse Voornamenbank

Meertens Instituut (2020)

tan

Zie Tane

2024-04-20
Voornamenboek

Dr. Johannes van der Schaar (1964)

Tan

m -> Tane.

2024-04-20
Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

tan

tw., hé, nee maar! (uitroep van verbazing). Tan? Wachte hoor! Wat gebeurt daarzo? (Cairo 1980b: 36). - Etym.: S.

2024-04-20
Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Tan

taan, run [gemalen eikenschors].

2024-04-20
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

tan

I. run, gemalen eikenschors, taan(kleur); II. run-, taankleurig; III. looien, tanen; tan a person('s hide), iemand de rug smeren; IV. tanen; bruinen, [door de zon] verbranden [huid].

2024-04-20
Geneeskundig woordenboek (EN-NL)

dr. mr. W. Schuurmans Stekhoven (1949)

tan

bruine verbranding bij blootstelling aan zon en wind.

2024-04-20
Spaans woordenboek (SP-NL)

Dr. C.F.A. van Dam (1948)

tan

apocope van tanto: zo.

2024-04-20
Handelslexicon

J. Hagers (1910)

Tan

Tan - gewicht in China = picol. 1 Tan of Picol = 100 Kin (Kattis) = 133V. Eng, = 60.479 K.G.

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-20
Vivat's Geïllustreerde Encyclopedie

J. Kramer (1908)

Tan

in China zooveel als pikol. In Japan een vlaktemaat.