tafelen
tafelen - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord tafel tafelen - Werkwoord 1. (inerg) aan tafel zitten om te eten. Woordherkomst Afgeleid van tafel met het achtervoegsel -en Synoniemen lijsten, tabellen, tafels
Wiktionary (2019)
tafelen - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord tafel tafelen - Werkwoord 1. (inerg) aan tafel zitten om te eten. Woordherkomst Afgeleid van tafel met het achtervoegsel -en Synoniemen lijsten, tabellen, tafels
Van Dale Uitgevers (1950)
I. (tafelde, heeft getafeld), aan tafel zitten om te eten, maaltijd houden: hij tafelt lang, hij tafelt goed, hij eet er goed van. II. (tafelde, heeft getafeld), (gew.) ketelmuziek maken, in ’t bijzonder als een voorgenomen huwelijk op het laatste ogenblik door de schuld van een der partijen afspringt.
M. J. Koenen's (1937)
tafelde, h. getafeld (lang aan tafel zitten om te eten, dineren): lang tafelen; hij tafelt goed.
Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)
(folklore) komt in Noord-Brabant nog wel een enkele maal voor op sommige dorpen, als een echtpaar den huiselijken vrede verbreekt. De strafoefening door de buren geschiedt door het blazen op lampenglazen en het maken van lawaai om de woning; ook wordt het huis wel met steenen gebombardeerd of met palen gerammeid en worden er allerlei karren versjou...
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: