Wat is de betekenis van Taats?

taats - Zelfstandignaamwoord 1. (techniek) spijker met ronde kop ♢ De taats van een priktol. 2. (techniek) de tap waar een vertikale as draaibaar op steunt ♢ De balk met het grote tandwiel, heeft een metalen taats die in een taatspot draait. Ve...

Dun ijzeren lageringsuiteinde van een spil (los of vast). Draait in een taatspot op een stalen plaatje, meermalen aan het ondereinde van de grote spil.

(taas) spijker met grote kop

Rutger Moens; geb. Middelburg; in 1756 als leerling van Aart Schouman in Den Haag werkzaam; in 1761 stond hij vermeld op de lijst van de Haagse Confreriekamer. Na 1761 keerde hij terug naar Middelburg. Schilderde portretten, landschappen en historische voorstellingen.Kramm; Scheen 1946 en 1970; Thieme-Becker; Wurzbach.

Taats - hardstalen of bronzen per. met bolle bovenkant, die de roerkoning draagt.

punt van een tol; (Barg). hoofd.

s.; (in tol), non(ne), nûn; (spijker), taets.

v. (-en), 1. spijker met grote, bolle kop; 2. metalen punt aan verschillende voorwerpen aangebracht : een taats aan een wandelstok ; 3. stalen tap van verticale assen, die in een holte draaien ; pen waarop een hek, sluisdeur e.d. draait; 4. (Barg., volkst.) hoofd; 5. klein aanbeeld dat in een bankschroef gezet wordt.

heet een steunpunt voor het kopvlak van een draaiende as, dat de krachten opneemt, die in de richting van de as werken. Een draaiend constructiedeel, dat op een spil rust, kan ook op een taats steunen. De taatsdruk kan afkomstig zijn van zwaartekrachtswerking, bijv. als de as verticaal is opgesteld, maar ook van tanddruk, zodat een horizontale as,...