Wat is de betekenis van suikerriet?

suikerriet - Zelfstandignaamwoord 1. (plantkunde), (voeding) Saccharum officinale, een rietsoort die verbouwd wordt vanwege zijn suikergehalte en waaruit rietsuiker gewonnen wordt ♢ Cuba en Hawaï staan bekend om hun uitgestrekte velden met suikerriet. Woordherkomst samenstell...

suikerriet - zelfstandig naamwoord uitspraak: sui-ker-riet 1. riet waaruit rietsuiker gehaald wordt ♢ de suikerriet wordt verwerkt in een suikerfabriek Zelfstandig naamwoord: sui-ker-riet het suikerriet

een tot de grassen behorende plant die veel suiker bevat. Het is waarschijnlijk afkomstig uit Indonesië, maar wordt tegenwoordig overal in de tropen verbouwd. Sedert het midden der 19de eeuw is de rietsuiker vooral in Europa door de beetwortelsuiker verdrongen. Een veld met suikerriet ziet eruit als een reusachtig rietbos.De stengels worden we...

(Saccharum officinarum), zeer oud cultuurgewas. Temperatuur optimum 24 30°C. Elke plant vormt ca. acht oogstbare stokken (3-5 m lang, 3-7 cm dik). De geledingen zijn massief. Vegetatief vermenigvuldigd.

: wild suikerriet (het), (veroud.) hoog gras met sterke stengels, thans bekend als pijlriet (Gynerium sagittatum, Grassenfamilie). De plant gelijkt op suikerriet en wordt daarom wel eens wild suikerriet genoemd (Enc.NWI 341). - Etym.: Zie het cit. - Syn. ook pijlgras.

rietagtige plantsoort waaruit suiker geraffineer word.

Nut en geschiedenis. S., Saccharum officinarum L., is thans wel het belangrijkste gewas, dat voor suikercultuur wordt gebezigd. liet behoort tot de fam. der Gramineae en wordt sinds onheugelijke tijden verbouwd. Toen de eerste Nederlanders op Java kwamen (1596) troffen zij daar reeds een bloeiende suikermarkt aan, waar o.a. uit China afkomstige sui...

...

o., 1. plant (Saccharum officinarum) uit de familie der grassen, die in vele warme landen gekweekt wordt en waaruit rietsuiker wordt bereid; 2. de stengels van de onder 1. gen. plant die veel suiker bevatten : suikerriet uitpersen ; op een stukje suikerriet kauwen.