Wat is de betekenis van Strepen?

2024-04-24
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

strepen

1) (1980+) (jeugd, graffitibeoefenaars) zijn eigen handtekening of tag plaatsen onder andermans werk. • Zo is `strepen' het door het werk van anderen zetten van je eigen `tag', een gestileerde naam. En bomben is de graffitivakterm voor wat leken geklad zouden noemen. Ten slotte is een piece een zeer grote graffiti met ingekleurde vlakken, en e...

2024-04-24
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

strepen

strepen - Werkwoord 1. (ov) strepen aanbrengen op strepen - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord streep

2024-04-24
Woordenboek van Neologismen

Marc de Coster (1999)

Strepen

Strepen - zie citaat. Zo is ‘strepen’ het door het werk van anderen zetten van je eigen ‘tag’, een gestileerde naam. En bomben is de graffitivakterm voor wat leken geklad zouden noemen. Ten slotte is een piece een zeer grote graffiti met ingekleurde vlakken, en een burner een mega-piece met poppetjes en alles erop en eraan. Diederik van Loggem: Jeu...

2024-04-24
Encyclopedie van Noord Brabant

Anton van Oirschot (1985-1986)

STREPEN

buurtschap in de Noordbrabantse gemeente Uden.

2024-04-24
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Strepen

noemt men in de bosb. het gedeeltelijk, slechts in strepen, verwijderen van de schors bij naaldhoutsortimenten. Soms geschiedt dit slechts aan 2, meestal echter aan 4 zijden van de stam.

2024-04-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Strepen

I. STREPEN (streepte, heeft en is gestreept), 1. (overg.) met (evenwijdige) strepen bezetten, door strepen verdelen : de schaduwkant zou ik strepen ; het onderste vak wordt groen gestreept; — (veend.) het oppervlak van een gespreide veenlaag door het trekken van strepen in stroken ter breedte van de kop van een turf verdelen; 2. (on...

2024-04-24
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

strepen

streepte, h. gestreept (1 strepen maken; 2 fig. plagen, hekelen, doorhalen): 1. papier strepen, liniëren; 2. fig. iem. zonder genade strepen.

2024-04-24
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

strepen

(‘stre:pən) (streepte, heeft gestreept) 1. strepen maken, liniëren : papier -. → gestreept. 2. doorhalen, hekelen, plagen : iemand duchtig -.

Wil je toegang tot alle 14 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-24
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

strepen

(streepte, heeft en is gestreept), met (evenwijdige) strepen bezetten, door strepen verdelen.