straffen
1) (1991) (jeugd) (iemand) een lesje leren; aftuigen. • Je hebt het over jongens in de leeftijd van veertien tot twintig jaar, die er niet voor terugdeinzen om grof geweld te gebruiken. Ze hebben ook hun eigen jargon. Ze gaan geen overval plegen. Nee, ze gaan iemand 'straffen'. Ze gaan de groenteboer op de hoek 'straffen'. Dat zegt al genoeg o...