Wat is de betekenis van storen?

2024-09-14
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-09-14
Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

storen

(werkwoord) [alg.] opslaan - Zorg dat je de voorraad droog opslaat.

2024-09-14
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

storen

storen - Werkwoord 1. (ov) het functioneren nadelig beïnvloeden Alle radio-uitzendingen uit Engeland werden door de bezetter gestoord. Synoniemen hinderen, derangeren

2024-09-14
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

storen

storen - regelmatig werkwoord uitspraak: sto-ren 1. iemand hinderlijk onderbreken bij zijn bezigheden ♢ die muziek stoort me, ik kan me niet concentreren 2. de normale werking ervan onderbreken of slechter maken ...

2024-09-14
Bridge Opzoekboek

drs. Toine van Hoof (2017)

storen

Een volgbod geven met de primaire bedoeling het bieden van de tegenpartij te hinderen. Zie ook: destructief

2024-09-14
Wielerwoordenboek

Fons Leroy en Wim van Rooy (2010)

storen

storen: het kop- of achtervolgingswerk van een ploeg verhinderen door plaats te vatten in de voorste gelederen van het peloton maar zonder over te nemen of hard te rijden. Men legt de boel dan stil; achtervolging.

2024-09-14
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Storen

v., (for)steure; (bijv. in de slaap), fan ’e wacht reagje; zich ergens niet aan —, eat gjin acht slaen, earne gjin acht op slaen.

2024-09-14
Duits woordenboek (DU-NL)

Dr. H. W. J. Kroes (1951)

Stören

storen, verstoren; doorsnuffelen, wroeten; als handwerker aan huis komen werken, onderkruipen.

Wil je toegang tot alle 18 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-09-14
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)