stopcontact
(2018) (inf.) vrouwelijk geslachtsdeel. • Ze hunkerde naar zo’n goeiig log warm beest in bed. Nu was er niemand om tegen aan te kruipen, niemand ook om twee vingers bij haar in het stopcontact te steken. Ze zei het echt, ik zweer het met mijn kloppende vinger. In het stopcontact. (P.F. Thomése: Ik, J. Kessels. 2018)