Wat is de betekenis van Stoempen?

2024-03-28
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

stoempen

(1960) (wielr.) schonkig fietsen. De wielrenner oefent veel kracht uit op de pedalen en fietst met heel het lichaam, niet sierlijk. • Jaap Kersten heeft mij toevertrouwd dat hij „stoempt". Stoempen is een soort stampen, een soort op de pedalen hengsten uit alle kracht. Bij stoempen hoort een open mond, een afhangende onderlip, waaraan de...

2024-03-28
Onze Taal Woordpost

Genootschap Onze Taal (2020)

stoempen

UIT: De zelfmoord van een kampioen (Rob de Haan, NUsport.nl, 23 juni 2010) CONTEXT: Tijdens die Tour van 1906 keken de wielerjournalisten met open monden naar de klimdemonstraties van Pottier. De meeste coureurs waren indertijd STOEMPENDE zwoegers, terwijl Pottier een fr�le stilist was. : louter op kracht fietsen UITSPRAAK: [stoem-puhn] WOORDFE...

2024-03-28
Jargon & Slang van Wielrenners

Marc De Coster (2017)

Stoempen

Stoempen - stampen. Ik reed op souplesse, maar als het nodig was kon ik ook stoempen en sleuren. - De Tijd 6.7.1990 ​

Wil je toegang tot alle 7 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-03-28
Wielerwoordenboek

Fons Leroy en Wim van Rooy (2010)

stoempen

stoempen: hard op de pedalen duwen.