Wat is de betekenis van stilstaan?

2023-12-10
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

stilstaan

stilstaan - Werkwoord 1. (inerg) niet in beweging zijn Die klok heeft al lange tijd stilgestaan. 2. (inerg) ~ bij aandacht aan iets schenken Ik heb er eenvoudigweg niet bij stilgestaan.

2023-12-10
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

stilstaan

stilstaan - onregelmatig werkwoord uitspraak: stil-staan 1. het je bewust zijn, het in de gaten hebben ♢ ik had er niet bij stilgestaan wat dat betekende 2. niet verder lopen ♢ het kind stond pl...


Direct alle 8 resultaten bekijken?

Word vriend van Ensie!

2023-12-10
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Stilstaan

v., stilstean; (van klok), stean; laten —, hâlde; ergens bij —, earne op sinne, earne bitinken, gedachten op hawwe; de handel staat stil, de hannel sit op it gat; -d water, bisletten, dea wetter (it).

2023-12-10
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

STILSTAAN

(stond stil, heeft stilgestaan), (onoverg.) 1. staan zonder beweging: hij kan geen ogenblik stilstaan; — zijn mond staat geen ogenblik stil, het is een eerste babbelaar; het uurwerk staat stil; de bel staat niet stil, er wordt telkens gebeld; 2. in rust zijn door liet nalaten van voortgaan: laat ons niet langer...

2023-12-10
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

stilstaan

stond stil, h. stilgestaan (blijven staan): het paard bleef stilstaan; zegsw. stilstaan doet achteruitgaan, d. i. Rust roest; fig. daarbij staat mijn verstand stil, ik kan het niet begrijpen; bij deze quaestie enige tijd stilstaan, uitvoerig er over spreken; stilstaand water.

2023-12-10
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

stilstaan

('stil) (stond stil, heeft stilgestaan) 1. Eig. staan zonder zich te bewegen: als je bezweet bent, mag je niet blijven -. Gez. bij iets -, in de loop van een verhaal, betoog enz. zich er enige tijd mede bezighouden; doet achteruitgaan, rust roest; voor iets -, het niet begrijpen. ➝ hollen. Jaap, mond, verstand. 2. Metf. niet in bedrijf zijn,...

2023-12-10
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

stilstaan

(stond stil, heeft stilgestaan), 1. staan zonder beweging: hij kan geen ogenblik —; 2. in rust zijn: de tijd staat niet stil, verloopt onweerhoudbaar; (fig.) bij een zaak -, er enige tijd over denken of spreken; 3. zich niet ontwikkelen; 4. daar staat mijn verstand bij stil, dat kan ik niet begrijpen.

2023-12-10
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Stilstaan

Stilstaan - (stond stil, heeft stilgestaan), staan zonder zich te bewegen of te verroeren: hij kan geen oogenblik stilstaan; — zijn mond staat geen oogenblik stil, het is een eerste babbelaar ; — niet verder gaan, ophouden te loopen : het uurwerk staat stil; — de tijd staat nooit stil, gaat altijd verder; — (fig.) daarbij...