stiftje
(zelfstandig naamwoord) [alg.] zie: geen Engels, maar Nederlands
Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)
Marc De Coster (2020-2024)
(2005) (voetb.) stiftbal. Syn.: stiffie*. • Met een loepzuiver stiftje speelt Jari ‘Diesel David’ aan, die met rechts vol uithaalt. (Jan Eilander: Raffie. 2005) • Met een klein stiftje tilt hij de bal over de uitgestoken benen van de Madrileense verdedigers, loopt om hen heen en stift nog een keer, nu krachtiger.(Jaap Visser:...
Wiktionary (2019)
stiftje - Zelfstandignaamwoord 1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord stift
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: