stift
...
Wiktionary (2019)
stift - Zelfstandignaamwoord 1. (religie) klooster, sticht stift - Werkwoord 1. enkelvoud tegenwoordige tijd van stiften 2. gebiedenwijs van stiften
Muiswerk Educatief (2017)
stift - zelfstandig naamwoord 1. pen met een punt van vilt ♢ ik schrijf het liefst met een dikke stift 2. vulling voor vulpotlood of balpen ♢ de stift van deze pen is leeg, heb je nog een nieuwe? Z...
Veerman (1954)
(1) Vierkante korte staaf met handvat om krukloze deuren van kassen te openen. (2) Houten pen met punt, in gebruik voor het verwijderen van resten van bladeren en bloemstelen bij cyclamenplanten. (3) Veelgebruikte benaming voor kalkoen.
Dr. H. W. J. Kroes (1951)
1. sticht, geestelijke stichting, seminarie; klooster; domkapittel, bisdom; das Tübinger Stift, het Tübinger seminarie; Hütte des Stifts, tabernakel. 2. stift; tong (v. gesp); spie, splitpen; (= Bleistift) potlood; kind; jongste bediende; piccolo.
Van Dale Uitgevers (1950)
I. v. (-en), 1. dun staafje van metaal of van een andere harde stof als gereedschap: een stalen stift; — inz. puntig schrijfgereedschap: oorspr. in toepassing op het gereedschap waarmee in de oudheid op wastafeltjes werd geschreven: 2. uitstekend deel in de vorm van een dun, soms spits toelopend staafje: een magneet die op een vert...
M. J. Koenen's (1937)
I. v. stiften (houten of metalen pen; puntig voorwerp). II. o. stiften (sticht; klooster).
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: