Wat is de betekenis van STEENSEL?

2024-04-25
Encyclopedie van Noord Brabant

Anton van Oirschot (1985-1986)

STEENSEL

kerkdorp in de Noordbrabantse gemeente Eersel, 1358 inwoners (1986); behoorde vanouds onder de Dingbank Eersel, evenals Duizel, tot in 1810 de oude band verbroken werd. De scheiding duurde tot 1 jan. 1923 toen Eersel, Duizel en Steensel tot één gemeente werden verenigd. Steensel is een van de Acht Zaligheden. In het dorp staat nog een...

2024-04-25
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Steensel

Dorp in de NoordBrab. gem. → Eersel. Steenslag is tot kleine stukken gebroken natuurlijk gesteente, te gebruiken als wegverhardingsmateriaal, al dan niet vermengd met asphalt; ook gebruikt bij de betonbereiding. De s. wordt in cylinderzeven gesorteerd tot „split” 5-10 mm, fijne s. 10-25 mm en grove s. 25-70 mm.

2024-04-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Steensel

Ned. dorp in de gemeente →Eersel.

2024-04-25
Vivat's Geïllustreerde Encyclopedie

J. Kramer (1908)

Steensel

dorp, gem. Duizel en Steensel, N.-Brab., aan de Gender, 800 inw.

2024-04-25
Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Steensel

dorp in de Meierij prov. N.-Braband, 2 uren g. bezuidw. Eindhoven; 300 inw.; in 1688 geplunderd en vernield door de Franschen.

2024-04-25
Vaderlandsch woordenboek

Jacobus Kok (1780)

STEENSEL

een Dorp, in de Meijerij van ‘s Hertogenbosch, voorzien van eene Gereformeerde Kerk, naast welke een hooge en dikke Toren staat, welks Klok den naam heeft van een zeer helderen klank te geeven, en op den afstand van meer dan een uur gaans te kunnen gehoord worden. De Hervormde Leeraar, welke hier predikt, neemt ook te Eersel en...