stand
(zelfstandig naamwoord) [alg.] kraam - Hij staat met zijn kraam op elke grote markt in de regio. [alg.] beursplek, presentatieplaats - Onze uitgeverij heeft een beursplek op de Internationale Boekenbeurs in Frankfort.
Adverteer een jaar exclusief op dit woord!
Vindpunt.nl
(zelfstandig naamwoord) [alg.] kraam - Hij staat met zijn kraam op elke grote markt in de regio. [alg.] beursplek, presentatieplaats - Onze uitgeverij heeft een beursplek op de Internationale Boekenbeurs in Frankfort.
Geschreven door Marc De Coster. Uitgegeven op Ensie in 2020.
(1906) (Barg.) (meestal verkleinvorm) hoop mensen bijeen, oploop. 'Een stand maken': een troep volk verzamelen (om iets te verkopen). • (Köster Henke: De boeventaal. 1906) • (E.G. van Bolhuis: De Gabbertaal. 1937) • (Henry Roskam: Boeven-jargon. 1948) • Als je rare dingen roept, komen de mensen wel om je heen staan (&ldq...
Nederlandstalige WikiWoordenboek
stand - Zelfstandignaamwoord 1. hoe of waar iets staat, positie ♢ Dat hangt van de stand van de zon af. ♢ Kun je de schakelaar s.v.p. in de stand 'midden' zetten? 2. sociale positie in de maatschappij, graad, rang ♢ Zulk g...
Nederlands woordenboek voor onderwijs
stand - zelfstandig naamwoord 1. hoe het is of hoe het staat ♢ hoe is de stand van de maan? 1. de stand van zaken [hoe de toestand is] 2. de stand in de wedstrijd ...
Ditte Simons en Hans Heestermans
(< Eng. stand, kraam), winkeltje, nerinkje: We krepeeren allemaal, als we d’r in blijven ... - En je standje dan? Ja, dat verlies ik ’t is jammer, want ik begon nou net weer zoo’n beetje te doen te krijgen van klanten, die hout, turf en briketten halen, V. MAURIK10 119; in ’n stand zetten, een betrekking als kleine zelfst...
Golfsportwoordenboek door Jan Luitzen
(de; -en) 1 SP - positie waarbij de sport(st)er rechtop staat en de voetzolen het steunpunt van het lichaam vormen. 2 - positie die de speler heeft ingenomen ten opzichte van de bal ter voorbereiding op het doen van een slag, bv. een rechte stand, waarbij de denkbeeldige lijn langs de tenen (voetenlijn) van de speler parallel loopt met de doellijn,...
Atletiek- en turnwoordenboek door Jan Luitzen
(de; -en) SP - positie waarbij de turn(st)er rechtop staat en de voetzolen het steunpunt van het lichaam vormen; vluchtige stand, heel kort in stand blijven staan.
Geschiedenisles voor bovenbouw
Een groep mensen die volgens de middeleeuwers een eigen taak had. Er waren drie standen: de geestelijken, de adel en de boeren.
Woordenboek vreemde woorden
(spreek uit. stend) [Eng., van to stand = staan; verwant met Lat. stare] uitstalling van bep. firma op tentoonstelling, beurs e.d.
Begrippenlijst Grondbeginselen der sociologie
Een stand is een groepering die op een of andere manier in het bewustzijn van zekere privileges leeft en daarbij aanspraak maakt op maatschappelijk prestige.
Psychologie en Sociologie
Hiërarchische ordening van sociale lagen waarbij afkomst en soms beroep bepalend is. Elke stand heeft rechten en plichten en een eigen levensstijl gekoppeld aan bepaalde deugden en idealen, zoals riddereer.
Alles over Zeeland
(algemeen). Hoewel de termen ‘stand’ en ‘klasse’ in het dagelijks spraakgebruik in dezelfde zin worden opgevat, nl. van geleding van de maatschappij, wordt tussen beide termen ook wel onderscheid gemaakt. Onder ‘stand’ verstaat men dan de geledingen welker functie beheerst wordt door het geldende recht, dat ook h...
Onder redactie van Prof. dr. J.C. Groot
in sociale zin, is een maatschappelijk verschijnsel, dat samenhangt met de historische wet, dat elke maatschappij, naarmate zij in cultuur vooruitgaat, zich tegelijk differentieert. De rangstanden vormen een gecompliceerd verschijnsel omdat daarbij tal van factoren een rol spelen en men eigenlijk tweeërlei rangstanden moet onderscheiden: cultu...
Friesch woordenboek
s., stân, pl. s t a n n e n; (klasse) stân, stand; de hogere, lagere —, de hegerein, legerein; de hoogste, laagste —, de bopperein, ûnderein; erg aan — hechtend, standich, stannich; (toestand), steat, tastân; tot — brengen, birier(d)e, bireare, b...
Woordenboek Engels (1951)
I. staan; gaan staan; zich bevinden; (van kracht) blijven, dóórgaan; blijven (staan); stilstaan, halt houden; stand houden; koersen; candidaat zijn; stand!, halt!; stand and deliver!, je geld of je leven!; he wants to know where he stands, waar hij aan toe is, zijn (financiële) positie; stand clear, op zij gaan; stand easy!, op d...
Nederlands woordenboek (7e druk - 1950)
I. STAND m. (-en), I. In aansluiting bij staan (I). 1. wijze waarop iem. staat, houding: zich in verschillende standen laten fotograferen; — plastische standen, schilderachtige houdingen die men enige tijd onbeweeglijk bewaart ; fraaie standen aannemen; — (gymn.) open staan, staan met de benen op eni...
Geschreven door Professor Henry Roskam
hoop mensen bijeen; oploop. Een stand maken, een hoop mensen om zich heen verzamelen, 't zij om een artikel te verkopen of om zakkenrollers gelegenheid te verschaffen.
Vreemde woorden, uitdrukkingen en afkortingen (1948)
(stend) (Eng.) m. 1 uitstalling v. e. fabriek, firma, vereniging enz. op een tentoonstelling of jaarbeurs; 2 (ook:) toeschouwerstribune op een wedren.
M. J. Koenen's Verklarend handwoordenboek
I. m. -en, in bet. 7, 8, 9 gmv.; 1. de wijze, waarop iem. of iets staat: de verschillende standen bij de ordeoefeningen; de acteur heeft zich in verschillende standen laten fotograferen; in een hellende stand; de tafel heeft geen vaste stand; de stand der sterren, het punt van de te doorlopen baan, waar zij zich bevindt, idem de stand van de barome...
25 delen, uitgegeven 1933-1939. Uitgeverij Joost van den Vondel te Amsterdam.
Zoo kan men noemen de plaats (status, staat, état), die een mensch of een groep in de gemeenschap inneemt, alsook de groep zelf, die zoo’n plaats inneemt. De laatste definitie kan van verscheidene standpunten uit nader worden bepaald. Zoo onderscheidt men vooreerst natuurlijke standen (Naturstände), nl. mannen, vrouwen, jongens en...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.