stadium
stadium - Zelfstandignaamwoord 1. een fase in een ontwikkelingsproces ♢ Een nieuw stadium in de menselijke evolutie. 2. een lengtemaat uit de Griekse oudheid Woordherkomst van het Latijn met het achtervoegsel -ium Zie ook stadion
Wiktionary (2019)
stadium - Zelfstandignaamwoord 1. een fase in een ontwikkelingsproces ♢ Een nieuw stadium in de menselijke evolutie. 2. een lengtemaat uit de Griekse oudheid Woordherkomst van het Latijn met het achtervoegsel -ium Zie ook stadion
Muiswerk Educatief (2017)
stadium - zelfstandig naamwoord uitspraak: sta-di-um 1. periode die deel uitmaakt van een ontwikkeling ♢ in dit stadium heb ik nog geen klachten Zelfstandig naamwoord: sta-di-um het stadium ...
N. Sillamy (1965)
ontwikkelingsperiode. De groei van het verstand en van het gevoelsleven van de mens heeft geen regelmatig verloop, maar maakt bepaalde stadia door, die telkens een vooruitgang betekenen en waardoor een nieuwe organisatie van het geheel ontstaat. De verstandelijke→ ontwikkeling van het kind verloopt volgens→ Piaget via 5 duidelijke etappes...
Veerman (1954)
is de toestand van een niet-constante grootheid op een bepaald tijdstip of wel de tijdsduur (periode) waarin deze toestand vrijwel niet verandert. Zo is s. in de plantensociologie een plantengezelschap als men dit beschouwt als lid van een ontwikkelingsreeks der vegetatie, dus van een reeks, waarin een gezelschap telkens geleidelijk door een volgen...
Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)
(mv. stadia), een bepaald tijdvak althans een bepaalde graad van ontwikkeling van een proces (ziekte, genezing, levensloop van de malaria-parasiet, groei enz.), bijv.: —augmenti, de periode, waarin de ziekteverschijnselen toenemen. —decrementi, de periode, waarin de ziekteverschijnselen verminderen.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: