Wat is de betekenis van stabiel?

2024-04-23
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

stabiel

stabiel - Bijvoeglijk naamwoord 1. niet of slechts licht aan verandering onderhevig, standvastig, duurzaam, stevig, permanent Grafiet is bij kamertemperatuur en -druk een stabielere vorm van koolstof dan diamant. 2. (van een dynamisch systeem) terugkerend naar de evenwichtstoestand ...

2024-04-23
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

stabiel

stabiel - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: sta-biel 1. zonder uitschieters, gelijkmatig en rustig ♢ zijn gezondheid is nu stabiel 2. zodat het gewicht goed verdeeld is ♢ deze tafel is erg stabie...

2024-04-23
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Stabiel

[Lat. stabilis, van stare = staan] standvastig, bestendig.

2024-04-23
Prisma van het weer

Peter Timofeeff (1993)

Stabiel

In het algemeen is de opbouw van een luchtlaag stabiel, wanneer de temperatuurafname van beneden naar boven in de atmosfeer relatief klein is. Wanneer men een proefdeeltje (een kleine hoeveelheid lucht) in die lucht omhoog verplaatst, zal de temperatuur van dat proefdeeltje adiabatisch afnemen, en daardoor lager zijn dan de omgevingstemperatuur. Om...

2024-04-23
Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

stabiel

vast, duurzaam, niet wankel: bij het leggen van een brug moet men eerst stabiele pijlers bouwen. Tegenovergestelde: labiel.

2024-04-23
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

stabiel

standvastig, bestendig, vas.

2024-04-23
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Stabiel

betekent standvastig, in vast evenwicht. Stabiel evenwicht, evenwicht, dat niet gemakkelijk verstoord wordt. Een stabiele oplossing ondergaat ook bij lang staan geen chem. verandering. De tegenstelling is labiel.S. is de atmosfeer, wanneer een luchtdeeltje, dat door een uitwendige kracht naar boven of naar beneden wordt gebracht, onmiddellijk naar...

2024-04-23
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-23
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

STABIEL

(<Fr.),bn. (-er, -st), 1. duurzaam, bestendig; (nat.) stabiel evenwicht, standvastig evenwicht; 2. vast van evenwicht, vast liggend; 3. vast van toestand of grootte, niet aan veranderingen onderhevig: stabiele prijzen en lonen.