Wat is de betekenis van sprekend?

2024-03-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

sprekend

sprekend - Werkwoord 1. onvoltooid deelwoord vanspreken sprekend - Bijvoeglijk naamwoord 1. pratend Sprekende over haar moeder deed ze tegelijk de strijk. 2. gelijkend Zij lijkt sprekend op haar moeder. 3. eem sprekend wap...

2024-03-29
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

sprekend

sprekend - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: spre-kend 1. wat iedereen meteen ziet, anders dan gewoon ♢ die tweelingzusjes lijken sprekend op elkaar 2. wat scherper afsteekt tegen de achtergrond ...

2024-03-29
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

sprekend

pratend; treffend.

2024-03-29
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-03-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

SPREKEND

(-er, -st), het tegenw. deelw. als bn. gebruikt, inz. 1. sterk uitkomend, zich levendig aftekenend: sprekende kleuren; een sprekende karaktertrek; een sprekende gelijkenis; dat kind gelijkt sprekend op zijn moeder, is haar evenbeeld; hij is het sprekend, de gelijkenis (van het portret) is opvallend; een spreken...

2024-03-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

sprekend

bn., bw.; 1. geluid gevend; inz. het spreken (in bet.3) nabootsend: een sprekende pop; een sprekend beeld, het standbeeld van Memnon in Egypte, dat een zangerig geluid deed horen bij de opkomst der zon; een sprekende papegaai; 2. duidelijk, klaar, treffend; een sprekend bewijs, een sprekende gelijkenis; dat portret lijkt sprekend.

2024-03-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

sprekend

(’spre.'kənt) bn. en bw. (-er, -st) 1. wie, wat spreekt : -e ogen. 2. duidelijk, treffend : -e kleuren; een bewijs; dat portret lijkt -.

2024-03-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

sprekend

(-er, -st), bn. en bw., 1. geluid gevend dat een nabootsing of reproduktie is van menselijke spraak: een sprekende papegaai; 2. dat kind lijkt — op zijn moeder, is haar evenbeeld; hij is het —, de gelijkenis (van het portret) is opvallend; 3. onweerlegbaar: een — bewijs; 4. met veel uitdrukking: sprekende ogen; 5. (heraldiek)...