Wat is de betekenis van Spreekwoorden en uitdrukkingen met uitbroeden?

2024-04-24
Spreekwoordelijk Nederlands

Jan Meulendijks & Bart Schuil (1998)

Spreekwoorden en uitdrukkingen met uitbroeden

Een drakenei leggen en uitbroeden. Het henneken is gaarne, waar het uitgebroed is. Iets uitbroeden. Ik ben niet uit een gans-ei uitgebroed. Padden broeden geen zangvogels uit.