Wat is de betekenis van sportpark?

2024-04-23
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

sportpark

sportpark - Zelfstandignaamwoord 1. (sport), geheel van terreinen, gebouwen en voorzieningen voor verschillende takken van sport, sportcomplex Woordherkomst samenstelling van sport en park Synoniemen speelterrein, speelveld, sportcomplex Verwante begrippen sport, stadion

2024-04-23
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

sportpark

sportpark - zelfstandig naamwoord uitspraak: sport-park 1. terrein waar verschillende sporten beoefend kunnen worden ♢ in dit sportpark kan aan alle vormen van atletiek worden gedaan Zelfstandig naamwoord: sport-park ...

2024-04-23
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

SPORTPARK

o. (-en), aangelegd terrein, bestemd voor de beoefening van verschillende sporten.

2024-04-23
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

sportpark

o. (-en), aangelegd terrein, bestemd voor de beoefening van verschillende sporten.

2024-04-23
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-23
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)