Wat is de betekenis van sporter?

2024-04-24
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

sporter

iemand die sport. iemand die aan sport doet, voor zijn beroep of uit liefhebberij; sportbeoefenaar. Voorbeelden: Sportorganisaties constateren dat steeds meer mensen met een handicap besluiten te gaan sporten. Ook het Nationaal Fonds Sport Gehandicapten (NSFG) merkt de toename in het aantal sporters. http://www.do.nl/nieuwsklok/w0...

2024-04-24
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

sporter

sporter - Zelfstandignaamwoord 1. beoefenaar van een sport Enkele sporters werken in de fitnessruimte aan hun conditie. Woordherkomst Naamwoord van handeling van sporten met het achtervoegsel -er Verwante begrippen atleet

2024-04-24
Golfsportwoordenboek

Jan Luitzen (2009)

sporter

(de; -s) 1 SP-iem. die aan sport doet, syn. sportbeoefenaar 2 (NGF-dopingreglement) - degene die gaat deelnemen, deelneemt of deel heeft genomen aan een onder auspiciën van de NGF georganiseerde wedstrijd en/of lid is van, dan wel aangesloten is bij de NGF, dan wel een bij de NGF aangesloten rechtspersoon. • De ‘betrokken sporter' is de speler die,...

2024-04-24
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-24
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-24
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)